Af en toe kijk ik vreemd op. Als Sympany weer eens wordt geconfronteerd met een aanbesteding vanuit een gemeente of gemeentelijke instelling. Soms is de opzet heel simpel: degene die de hoogste prijs biedt, mag het contract om textiel in te zamelen gedurende enkele jaren uitvoeren.

Maar de afgelopen jaren hebben de volgende aspecten incidenteel ook een plaats gekregen in een aanbesteding:

  • de inzamelaar moet een sorteerbedrijf gaan runnen waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een baan krijgen
  • de inzamelaar moet laten zien wat hij doet op het gebied van recycling van niet opnieuw te dragen textiel
  • de inzamelaar moet openheid van zaken geven over zijn afnemers in binnen- en buitenland
  • de inzamelaar moet alle textiel afzetten in het gebied waar het is ingezameld

Een combinatie van dit soort eisen is al helemaal funest.

Helaas kom ik nog zelden in nieuwe aanbestedingen tegen dat wordt gevraagd wat een inzamelaar doet met de verdiensten. In ons geval is dat zoveel mogelijk geld doneren aan goede doelen-projecten. Iets wat bijna alle kledingdonateurs in Nederland nog steeds als vanzelfsprekend zien.

Sympany investeert veel tijd en geld in innovatieve recyclingprojecten, zodat hier vroeg of laat een commercieel fraaie doorbraak in gaat komen. Sympany zet haar textiel af in veel verschillende landen op deze wereld, waarbij afnemers wordt gevraagd bepaalde gedragsrichtlijnen te ondertekenen om o.a. kinder- en/of dwangarbeid uit te sluiten.

Sympany is een sociaal ondernemer pur sang. We doen goed met de opbrengsten van al onze handelingen en in onze sorteerbedrijven hebben vele mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een prima baan gekregen.

Het zou plezierig zijn al deze goede zaken door te kunnen zetten de komende jaren. Een aanbesteding met in mijn ogen irreële eisen waaraan een inzamelaar moet voldoen, past niet in mijn plaatje.

Marc Vooges, directeur-bestuurder Sympany